Voltooid deelwoord branch

Vertaling: aftakken, zich vertakken

Voltooid deelwoord

branched

/bɹɑːntʃ/

U bent op pagina voor regelmatig werkwoord branch

Deelwoord
(Participle) [branch]

In taal-, a participle (ptcp) is een vorm van nonfinite werkwoord omvat perfective of continuatieve aspect in talrijke tijden. Een participium kan eveneens als een bijvoeglijk naamwoord of een bijwoord. Bijvoorbeeld, in "gekookte aardappelen", gekookte de deelwoord van het werkwoord kook, adjectivally modificeren van de aardappel naamwoord; in "liep ons haveloze," haveloze is het voltooid deelwoord van het werkwoord vod, bijwoordelijk kwalificatie van het werkwoord liep.

... ... Meer informatie

Onvoltooid deelwoord
(Present participle)

branching

Voltooid deelwoord
(Past participle)

branched

Infinitief

branch

Andere tijden werkwoorden branch

Cadeau (Present) "branch"	I	branch
Onvoltooid tegenwoordige tijd (Present Continuous) "branch"	I	am branching
Onvoltooid verleden tijd (Simple past) "branch"	I	branched
Onvoltooid verleden tijd (Past Continuous) "branch"	I	was branching
Voltooid tegenwoordige tijd (Present perfect) "branch"	I	have branched
Tegenwoordige tijd continue (Present perfect continuous) "branch"	I	have been branching
Voltooid verleden tijd (Past perfect) "branch"	I	had branched
Past perfect continue (Past perfect continuous) "branch"	I	had been branching
Toekomst (Future) "branch"	I	will branch
Future continue (Future continuous) "branch"	I	will be branching
Toekomst perfect (Future perfect) "branch"	I	will have branched
Future perfect continue (Future perfect continuous) "branch"	I	will have been branching

Voltooid deelwoord branch