Learniv
▷ Verleden tijd defer | Learniv.com
Learniv.com  >  nl  >  regelmatige werkwoorden  >  defer  >  Verleden tijd


Verleden tijd defer




Vertaling: uitstellen

Verleden tijd

/dɪˈfɜːd/



U bent op pagina voor regelmatig werkwoord defer

Onvoltooid deelwoord
(Present participle)

deferring 


Infinitief

defer






Andere tijden werkwoorden defer



Cadeau
(Present) "defer"
defer
Onvoltooid tegenwoordige tijd
(Present Continuous) "defer"
am deferring
Onvoltooid verleden tijd
(Simple past) "defer"
deferred
Onvoltooid verleden tijd
(Past Continuous) "defer"
was deferring
Voltooid tegenwoordige tijd
(Present perfect) "defer"
have deferred
Tegenwoordige tijd continue
(Present perfect continuous) "defer"
have been deferring
Voltooid verleden tijd
(Past perfect) "defer"
had deferred
Past perfect continue
(Past perfect continuous) "defer"
had been deferring
Toekomst
(Future) "defer"
will defer
Future continue
(Future continuous) "defer"
will be deferring
Toekomst perfect
(Future perfect) "defer"
will have deferred
Future perfect continue
(Future perfect continuous) "defer"
will have been deferring





regelmatige werkwoorden & Onregelmatige werkwoorden