Voltooid deelwoord imprison

Vertaling: opsluiten, gevangen zetten

Voltooid deelwoord

imprisoned

/ɪmˈpɹɪzənd/

U bent op pagina voor regelmatig werkwoord imprison

Deelwoord
(Participle) [imprison]

In taal-, a participle (ptcp) is een vorm van nonfinite werkwoord omvat perfective of continuatieve aspect in talrijke tijden. Een participium kan eveneens als een bijvoeglijk naamwoord of een bijwoord. Bijvoorbeeld, in "gekookte aardappelen", gekookte de deelwoord van het werkwoord kook, adjectivally modificeren van de aardappel naamwoord; in "liep ons haveloze," haveloze is het voltooid deelwoord van het werkwoord vod, bijwoordelijk kwalificatie van het werkwoord liep.

... ... Meer informatie

Onvoltooid deelwoord
(Present participle)

imprisoning

Voltooid deelwoord
(Past participle)

imprisoned

Infinitief

imprison

Andere tijden werkwoorden imprison

Cadeau (Present) "imprison"	I	imprison
Onvoltooid tegenwoordige tijd (Present Continuous) "imprison"	I	am imprisoning
Onvoltooid verleden tijd (Simple past) "imprison"	I	imprisoned
Onvoltooid verleden tijd (Past Continuous) "imprison"	I	was imprisoning
Voltooid tegenwoordige tijd (Present perfect) "imprison"	I	have imprisoned
Tegenwoordige tijd continue (Present perfect continuous) "imprison"	I	have been imprisoning
Voltooid verleden tijd (Past perfect) "imprison"	I	had imprisoned
Past perfect continue (Past perfect continuous) "imprison"	I	had been imprisoning
Toekomst (Future) "imprison"	I	will imprison
Future continue (Future continuous) "imprison"	I	will be imprisoning
Toekomst perfect (Future perfect) "imprison"	I	will have imprisoned
Future perfect continue (Future perfect continuous) "imprison"	I	will have been imprisoning

Voltooid deelwoord imprison