Voltooid deelwoord walk

Vertaling: begaan, lopen, opgaan, bestijgen, vrijuit gaan, wandelen, tippelen, uitlaten, marcheren

Voltooid deelwoord

walked

/wɔːkt/

U bent op pagina voor regelmatig werkwoord walk

Deelwoord
(Participle) [walk]

In taal-, a participle (ptcp) is een vorm van nonfinite werkwoord omvat perfective of continuatieve aspect in talrijke tijden. Een participium kan eveneens als een bijvoeglijk naamwoord of een bijwoord. Bijvoorbeeld, in "gekookte aardappelen", gekookte de deelwoord van het werkwoord kook, adjectivally modificeren van de aardappel naamwoord; in "liep ons haveloze," haveloze is het voltooid deelwoord van het werkwoord vod, bijwoordelijk kwalificatie van het werkwoord liep.

... ... Meer informatie

Onvoltooid deelwoord
(Present participle)

walking

Voltooid deelwoord
(Past participle)

walked

Infinitief

walk

Andere tijden werkwoorden walk

Cadeau (Present) "walk"	I	walk
Onvoltooid tegenwoordige tijd (Present Continuous) "walk"	I	am walking
Onvoltooid verleden tijd (Simple past) "walk"	I	walked
Onvoltooid verleden tijd (Past Continuous) "walk"	I	was walking
Voltooid tegenwoordige tijd (Present perfect) "walk"	I	have walked
Tegenwoordige tijd continue (Present perfect continuous) "walk"	I	have been walking
Voltooid verleden tijd (Past perfect) "walk"	I	had walked
Past perfect continue (Past perfect continuous) "walk"	I	had been walking
Toekomst (Future) "walk"	I	will walk
Future continue (Future continuous) "walk"	I	will be walking
Toekomst perfect (Future perfect) "walk"	I	will have walked
Future perfect continue (Future perfect continuous) "walk"	I	will have been walking

Voltooid deelwoord walk